Sinds 2015 werkt Tom Dissel als ontwerper voor EYYE, en sindsdien heeft hij een belangrijke bijdrage geleverd aan onze collectie met zijn verfijnde en doordachte ontwerpen. Als vast onderdeel van ons designteam heeft Tom onder andere de Cella, Kub en Dura ontworpen. Voor ons producten die perfect onze visie op modern design belichamen.

Tom’s ontwerpen stralen vakmanschap en tijdloze elegantie uit, met een scherp oog voor detail. Hij weet als geen ander esthetiek en functionaliteit op een unieke manier te verwerken in de ontwerpen. Het gebruik van textiel en hout zorgen voor een huiselijke en warme uitstraling. Wij spraken Tom over zijn laatste ontwerp, de Dura bank, en zijn visie op design.

Tom, gefeliciteerd met alweer een ontwerp voor EYYE! Hoe voel je je nu dat de Dura bank af is?

Met een tevreden glimlach: “Moe, maar voldaan. Als ik ergens aan werk, ga ik altijd voor de volle honderd procent. Het hele proces was intensief, van de eerste schets en het eerste miniatuurmodel tot het uiteindelijke product in de winkel. Maar ik had er vanaf het begin een sterk gevoel bij en ben heel blij met het resultaat. De positieve reacties maken het allemaal de moeite waard.”

Wat inspireerde je om de Dura bank te ontwerpen?

“Ik wilde een bank creëren die comfortabel zit en toch stoer oogt – geen 'plofbank'. Het ontwerp is geïnspireerd op een doorlopende lijn die overgaat in de armleuningen, wat een iconisch effect geeft. De poten hebben een subtiele inkeping aan de onderkant en zijn iets naar binnen geplaatst, waardoor de bank lijkt te zweven. Het is een moderne, strakke bank die op een ingetogen manier aanwezig is.”

Modulair design speelt een grote rol binnen EYYE. Geldt dat ook voor de Dura?

“Ja, absoluut. Je kunt echt alles aanpassen – van de kleur en stoffering tot de breedte en opstelling. Ik beschouw alle losse elementen als bouwstenen waarmee je je eigen droombank kunt samenstellen.”

En wat betekent ‘flexibiliteit’ voor jou als ontwerper?

Het klinkt misschien wat vaag, maar ik ben flexibel in de beperking. Ik ben namelijk net een stuiterbal, zie overal inspiratie, dus ik functioneer het best als een project of concept afgebakend is. Daarbinnen kan ik dan helemaal losgaan.’ Ben je fysiek ook flexibel? ‘Vroeger kon ik m’n benen in mijn nek leggen, maar die tijden zijn voorbij. Onlangs deed ik een tijdje yoga, maar daar kon ik de ouderen soms niet bijhouden, haha. Nu loop ik hard en ben ik lid van een sportschool. Hoe vaak ik daar kom? Nooit.

Je favoriete plek om de dag af te sluiten: zit je dan op de bank of lig je liever?

“Allebei, eigenlijk. ’s Ochtends zit ik op de bank met een kop koffie en het nieuws, en ’s avonds lig ik er vaak om even slechte tv te kijken. Een bank moet dus multifunctioneel zijn!”

Heb je een favoriete designklassieker?

“Zeker, de Lounge Chair van Charles en Ray Eames. Vooral het originele model uit de jaren vijftig spreekt me aan vanwege de vernieuwende techniek en de balans in het ontwerp. Ik hou van meubels met een verhaal.”

Wat is op dit moment het mooiste gebouw van Nederland voor jou?

“Nu is dat de Onze-Lieve-Vrouwetoren in Zwolle, de ‘Peperbus’. Daar werk ik momenteel aan een project waar we boven in de toren een 360°-beleving creëren. Dat maakt het extra bijzonder.”

Wie inspireert je op het gebied van architectuur en design?

“Op het gebied van architectuur is Francien Houben mijn favoriet, met haar innovatieve aanpak van bibliotheken. En bij productdesign kijk ik graag naar Floris van Bommel. Zijn schoenen zijn net kunstwerken en ik koop er altijd een paar in de uitverkoop – dat zijn vaak de origineelste.”

Wat voor soort omgeving past bij jou als ontwerper?

“Ik woon in een appartement in een oude stadsvilla met hoge plafonds, wat zorgt voor een ruimtelijk gevoel. Ik hou van ruimtes met een verhaal, net zoals meubels met een verleden. Bovendien ligt het pal naast Museum de Fundatie, waar ik regelmatig binnenwandel. Vorig jaar heb ik er zelfs geëxposeerd.”

Wat is je meest gekoesterde bezit?

“Mijn planten. Als kind was ik al veel bezig met tuinieren, en nu heb ik een drie meter hoge vioolbladboom in mijn woonkamer. Die verliest de laatste tijd wel veel bladeren, wat soms wat frustrerend is.”

Wat zou je nog willen bereiken in je carrière?

Een eigen meubelmerk.

Van wie heb je het meest geleerd?

Joke Linthorst. Zij was mijn docent ontwerpen op Cibap, de creatieve vakschool in Zwolle. Toen ik zestien was, heeft zij me ‘less is more’ geleerd; dat ik in een ontwerp niet te veel moet willen en het moet bijschaven en finetunen. Opmerkelijk is dat ik zelf nu ook lesgeef op die school.

Wat beschouw je als je grootste succes?

“Tijdens mijn stage op de Design Academy ontwierp ik een kruk van restleer die werd opgenomen in de collectie van Gelderland. Dat gaf me het vertrouwen om verder te gaan in dit vak en uiteindelijk bij EYYE terecht te komen.”

Wat is je grootste passie, naast ontwerpen?

Lachend: “Geef me een soldeerbout en ik ben gelukkig. Ik ontspan echt door dingen te maken, het liefst met mijn handen.”

Is er iemand die je ooit nog eens hoopt te ontmoeten?

“Ik heb onlangs een mail gestuurd naar Nora Fehlbaum, de CEO van Vitra. Het zou geweldig zijn om voor een merk als Vitra te ontwerpen.”

Tot slot, wat is je persoonlijke motto?

“Laat je door niemand afremmen.”

Tom Dissel